Bertus Brouwer. Waar is slechts wat waar is.
De vriendschap met Scheltema
De vriendschap tussen Brouwer en Scheltema nam in Brouwers leven een
bijzondere plaats in. Bertus ontmoette de wat oudere Scheltema voor het eerst
op een bijeenkomst van het dispuut 'Clio'. De twee hadden direct grote
bewondering voor elkaar. Scheltema in zijn dagboek: 'Dit is verreweg de
grootste mensch die ik tot nu toe ontmoette en ik geloof niet er grotere te
zullen ontmoeten.' In hun briefwisseling komen ze allebei als sombere,
zoekende mensen naar voren; twee eenzame koningen, ieder in zijn eigen rijk.
Op hemelvaartsdag 1903 constateerden ze in een indringend gesprek dat ze in
hun opvattingen niets gemeenschappelijk hadden. Carel Adama van Scheltema de
rationalist, socialist en wereldverbeteraar en Bertus Brouwer de
teruggetrokken, subjectieve idealist. En dan hun keerzijde: de een dichter,
de ander wiskundige; alsof twee mensen het verkeerde pak aangetrokken hadden.
Brouwer had zeker belangstelling voor literatuur. Bij gelegenheid schreef hij
recensies van Scheltema's werk. De hogere sferen waar Brouwer zich bewoog
waren voor Scheltema niet te volgen. 'Het essentieele van onze verhouding was
steeds mijn waarlijk onvermoeid pogen om hem tot de materieele wereld te
laten naderen.' De grote verschillen stonden een minstens zo grote waardering
niet in de weg. Tot aan de dood van Scheltema in 1924 hielden ze contact met
elkaar.
>
|